skip to Main Content

Als je naaste is getroffen door een vorm van hoofd-halskanker dan heeft dat ook invloed op jouw leven. Het beïnvloedt vast en zeker je relatie en de sociale contacten. Misschien ben je angstig, of verdrietig of boos? Dat is heel begrijpelijk. Veel naasten geven aan dat het lang niet altijd meevalt.

Tjan Willemstijn (tong/mondbodemkanker) met zijn dochter Carlijn

Wil je daarover eens met iemand praten dan kun je contact opnemen met het Infocentrum of met Addy Camper (bereikbaar via het Infocentrum). Haar partner is behandeld voor een vorm van Hoofd-halskanker.

Addy: “De behoefte aan ondersteuning die je hebt als naaste wordt niet altijd gelijk gevoeld. Zelfs na jaren kunnen de sluizen voor het eerst helemaal opengaan. Ik merkte na een half jaar hoe vermoeid ik was. De afspraken, de onderzoeken en de voorbereidingen daarop waren een hele verantwoordelijkheid en kostten me veel energie. Op een gegeven moment komt er ergens een knakje. Dat kan zich onder andere uiten in lichamelijke klachten. Psychosociaal en lichamelijk: we zijn één geheel. Je moet niet onderschatten hoe alles op elkaar inwerkt! De meeste naasten willen graag sterk zijn en vinden dat ze niet moeten ‘zeuren’. Mijn belangrijkste advies aan naasten is: cijfer jezelf niet weg en denk niet: “De ander is ziek, niet ik …”. Vraag uzelf af bij wie u steun kunt vinden en met wie u kunt praten.”

Ook is er een privé Facebookgroep waar je naasten kunt vinden en je ervaring kunt delen.

De PVHH brengt het belang van goede zorg voor de partner onder de aandacht van zorgprofessionals.

Back To Top